Wat het religieuze leven betreft, werden in Westerbork dagelijks godsdienstoefeningen gehouden. Mij staan nog voor de geest een indrukwekkende predikatie van de heer 1. Maarsen, opperrabbijn van Den Haag, en een wetenschappelijke voordracht van de heer S. Dasberg, waarnemend opperrabbijn van Amsterdam. Ik zelf heb in een der synagogen op de Hoge Feestdagen het gebed geleid en heb enige malen jongens, die bar mitswa (kerkelijk meerderjarig) werden, toegesproken. Ik heb daar zelfs een huwelijk ingezegend en (mede) een kerkelijke
Bergen-Belsen
Dasberg, S.
Joden
Koker, D.
Kroniek der Jodenvervolging
Presser, J.
Schuster, A.
Vught, concenrrariekarnp
echtscheiding voltrokken. Mijn mederabbijnen deden hetzelfde in hun kring en hun barak. In Westerbork ging dat alles vrij gemakkelijk.