tioneel denken. Ik vind dit niet redelijk.' (Mi) De Jong hield in de 'Memorie van Punten'
staande dat hij niet te ver ging
EnquĂȘtecommissie 'Regeringsbeleid 1940- 1945'
Eraenkel- Verkade, E.
Gerbraody, P. S.
Grondwet (Nederland)
Illegalireir/Verzer, Nederlandse (bezet gebied)
Lidth de Jeude, O. C. A. van
Veld, N. K. C. A., in 'r
Verdarn, P. J.
koningin dingen had gedaan die krachtens de geldende Grondwet niet mochten en waarbij zij haar ministers had gepasseerd. De auteur toonde zich bewust van de zwaarte van het door hem geuite verwijt, maar hij meende dat de feiten waarop hij zich baseerde onomstotelijk vast stonden en dat hij daarom ook niet anders kon oordelen. Op verzoek van De Jong lichtte Verdam zijn bezwaren nog schriftelijk toe, maar de auteur handhaafde met instemming van de begeleidingsgroep de term 'inconstitutioneel'
. Wel besloot hij zijn tekst op enkele ondergeschikte punten aan te passen. Aanvankelijk was De Jong van mening dat de neerslag van deze discussie aan de minister-president moest worden toegezonden, maar later besloot hij de toezending aan de minister-president te beperken tot zaken waarin nog levende leden van het koningshuis een rol hadden gespeeld. (vi)