Op het vliegveld te Bergen waren tien verkenners van het type C-ro gestationeerd alsmede dertien van de snelste en beste jagers die de Militaire Luchtvaart bezat: de G-I'S. Er waren in totaal vier-en-twintig G-I'S en er stond op Bergen dus meer dan de helft. Die plaatsing was niet gelukkig want de bodem van het in een polder gelegen landingsterrein dat door slechte bemaling lange tijd blank gestaan had, was eigenlijk te zwak om de relatief zware toestellen te torsen."
Dat was een van de redenen waarom de commandant van de betrokken jagerafdeling die sinds de herfst vergeefs op verbetering van het landingsterrein aangedrongen had, er met verlof van zijn superieuren toe overgegaan was, de G-I'S op het betonnen platform voor de commandopost op te stellen"
; een tweede reden was, dat hij bij die geconcentreerde opstelling aan de vliegers met gering tijdverlies kon doorgeven (het moest alles mondeling geschieden) dat zij moesten opstijgen en waar de vijand zich bevond. De C-ro's (verkenners die niet onmiddellijk gereed moesten staan) waren verspreid buiten het vliegveld opgesteld.