Diezelfde 4de september zond Mussert aan Hitler via de verbindingen van het Reichsleommissarlat een geheim telegram van de volgende inhoud:
'Führer! - Die Entwicklung der Lage in Europa erfordert Entschlûsse die für die weitere Zukunfi unseres Kontinents van grundlegender Bedeutung sein werden. Der Ausgangspunkt kamt dabei kein anderer sein als der des völkischen Prinzips ... Am Vorabend var der grossen Auseinandersetzuno zwischen Deutschland und England
Wij willen bij dit telegram (dat een merkwaardige voorgeschiedenis heeft) .allereerst opmerken dat niet alleen Mussert en de meeste NSB'ers maar ook Seyss-Inquart en de meeste Duitsers er begin september van overtuigd -waren dat de invasie van Engeland op handen was; al weken lang leefden .zij naar die invasie toe en het is denkbaar dat dat perspectief een zekere versnelling bewerkstelligd heeft in Seyss-Inquarts besluitvorming. Bij Mussert was dat stellig het geval: straks was, zo meende hij, Engeland verslagen, dan was de oorlog ten einde, de vredesopbouw van het 'Nieuwe Europa'
begon .- wie zou dan in Nederland de macht krijgen? Daarover had Hitler te beslissen, Het was Mussert veel waard (hij heeft er inderdaad een hoge prijs voor moeten betalen) indien hij tijdig, d.w.z. vóór de invasie van Engeland ingezet werd, een soort voorkeurspositie bij Hitler verworven had hij, niet Arnold Meyer, niet het Driemanschap van de Nederlandse Unie.
Is dit, van Mussert uit gezien, begrijpelijk - minder begrijpelijk is het, .althans op het eerste gezicht, dat Seyss-Inquart aan dat naar voren schuiven van Mussert medewerking verleend heeft,
Dat Mussert door Seyss-Inquart als een figuur van de tweede, zo niet van .de derde rang beschouwd werd ('seine Qualitäten dürften die eines durchschnitt lichen Gauleiters im Reich nicht erreichen'ï, vermeldden wij al. Bovendien had -de Reichskommissar op 26 juli in Den Haag betoogd dat een Nederlandse -polirieke beweging van hem geen 'machtiging'
verwachten moest doch dat zij deze alleen maar kon verwerven 'dadurch ... dass sie das niederiándische Volk von der Richtigkeit ihres Weges überzeugt.' Was Mussert daar in augustus .,40 in geslaagd? Geenszins. Seyss-Inquart moet er zich integendeel bewust van zijn geweest (men denke aan de uitlating van Harster over Seyss-Inquarts zoeken naar een 'politisch gesehen grësseren Kreis') dat Mussert een zeldzaam vermogen had om de Nederlanders die niet lid waren van de NSB, de -overweldigende meerderheid dus, tegen zich in het harnas te jagen.
Is hier dus sprake van een omzwaai van Seyss-Inquart? Is hij wellicht tot .die omzwaai door anderen geforceerd?
Laat ons pogen, wat zich in bezet Nederland in augustus aan politieke .krachten roerde, door de ogen van Seyss-Inquart te zien. Men dient zich daarbij in te prenten dat die beoordeling zich bij de Reichskommissar op één -vraag toespitste: in hoeverre zijn die krachten bereid of in hoeverre kunnen -zij er, naar aangenomen mag worden, toe gebracht worden dat zij niet
.• NSB, map 'dagboek van Mussert'
.
Was met de traditionele democratische partijen iets te beginnen? Neen: zij hadden voet bij stuk gehouden, enkele hunner werden zelfs van week tot week brutaler.
Met Arnold Meyers Nationaal Front? Neen: die beweging was wél antisemietisch en autoritair ingesteld, maar ze was klein en 'Diets'
en ze had katholieke verbindingen die haar in Duitse ogen hoogst verdacht maakten.
Met de Nederlandse Unie? Alweer: neen. wel zal Seyss-Inquart van Schmidt te horen hebben gekregen dat met de pro-Duitse Homan wellicht iets te bereiken viel, maar een nationaal-socialist was dat voor de Duitsers meest acceptabele lid van het Driemanschap bepaald niet. Los daarvan moeten de rapporten en krantenverslagen over de eerste vergaderingen van de Unie het aan Seyss-Inquart duidelijk gemaakt hebben dat het etiket 'de Churchill-Unie'
dat Volk en Vaderland op 9 augustus de nieuwe massabeweging opgeplakt had, niet misplaatst was voorzover het de aanhang betrof. Zowel op 12 als op 19 augustus uitten de 'Meldungen aus den Nieder lenden' zich over de Unie uitgesproken negatief: "Stimmungsmássig erfreut sick die Niederlándische Union in der holländischen Bevölkerung noch immer einer grossen Beliebtheit da man nach wie var in ihr das Widerstandszentrum gegen Deutschland erblickt' (19 augustus)."
Had Rost van TOlmingen dan soms de 'machtiging'
verdiend? Ook niet: zijn falen stond begin augustus al vast - dat hoefde overigens niet te verhinderen dat hij als voorstander van de SS-denkbeelden in de NSB naar voren geschoven moest worden. Maar hij had, in strijd met hetgeen SeyssInquart zo al niet verwacht, dan toch gehoopt had, geen aanhang van betekenis gekregen.
Datzelfde gold voor nog weer een andere groepering die in die tijd Seyss-Inquartsaandacht trok en die hier vermelding verdient. Die groeperingJ.de Unie niet bereid was, met Seyss-Inqnart in zee te gaan op de voorwaarden die
was er een van autoritair-gezinden annex een aantalnaar het fascisme neigen
de figuren die adhesie betuigd hadden aan een brochure die de eigenaar van
een drukkerij in Zeist, J. H. van Lonkhuyzen, in juli had doen verschijnen.
Van Lonkhuyzen was een vijftal jaren tevoren uit de Anti-Revolutionaire
Partij getreden samen met de in 1864 geboren Utrechtse theologische hoog
leraar, prof. dr. Hugo Visscher, die met zijn vijf-en-zeventig jaren in' 40 in de ~ Gereformeerde Kerken nog steeds een man van gezag was (hij was o.m.
redacteur van Het Gereformeerde Weekblad). In zijn brochure bepleitte van
Lonkhuyzen de noodzaak, een 'wettige, voorlopige Nederlandse regering'
te vormen die de 'organische volksstaat'
('obstructie zalniet meer geduld
kunnen worden') moest laten opgaan in 'het nieuwe Europa van Hammer
fest tot Gibraltars rots, kan het zijn van de Hebriden tot Constantinopel'i!
Onder hen die aan zijn geschrift adhesie betuigden, bevonden zich prof.
Visscher, leidende figuren uit de kring van De Waag, enkele vooraanstaanden
uit het bedrijfsleven en de voorman van 'Landbouwen Maatschappij'
,
G. J. Ruiter. Uit deze kring kwam in de tweede helft van juli een 'Comité
van Actie' voort dat het denkbeeld opwierp, een 'directorium'
, d.w.z. een
voorlopige regering, te vormen waarin NSB'ers en niet-NSB'
ers zitting
zouden krijgen. Er zijn aanwijzingen dat, wat die niet-NSB' ers betreft, door
sommigen o.m. gedacht werd aan generaal Reynders en oud-gouverneur
generaal de Jonge. Die opzet werd min of meer discreet door De Telegraaf
gesteund, hetgeen de achtergrond vormde Vall de negatieve reactie van dit
dagblad op de oprichting van de Nederlandse Unie," Begrijpelijk is het, dat
Seyss-Inquart en Schmidt voor dat 'directorium'
-plan veel belangstelling
hadden - een belangstelling die alleen maar aangewakkerd werd door het
feit dat Mussert op 27 juli aan Schmidt meedeelde dat ook hij er in principe
veel voor voelde," De zaak kwam evenwel niet van de grond. Rost van
Tormingen zegde zijn hulp toe, zo ook, 'namens de Nederlandse Organisatie
van Kunstenaars', architect van Essen, maar het Driemanschap Vall de Unie
met wie men contact opgenomen had (Homan maakte daar melding van in
zijn bericht aan het ANP naar aanleiding van de oprichting van de Unie),
1 J. H. van Lonkhuyzen: Op de drempel van de nieuwe tijd (I940), p. I3-I4. 2 'Wat
wij nodig hebben, is éénheid', schreef De Telegraaf in een hoofdartikel op 25 juli.
'Een nieuwe poging is gedaan door de heren Linthorst Homan, de Quay en Eint
hoven. Met hoeveel moeite ook voorbereid, hun Nederlandse Unie betekent even
min éénheid, daar ook zij er niet in geslaagd zijn, alle stromingen in ons land te
omvatten die, gezien de jongste gebeurtenissen, van belang en van invloed zijn.'
3 In de kring die over dat 'directorium'
sprak, werd door sommigen overwogen, de
koningin door een 'regent'
te vervangen; de lezer trof dit denkbeeld al aan in Seyss
Inquarts Erster Bericht aan Hitler. 57'Nederlands denkende en de kern van de Nederlandse natie vertegenwoordigende groep zonder verwijl'
's lands leiding in handen te nemen.'
Maar de oprichting ging niet door en de groep viel uiteen.
Wat bleef over? Alleen de NSB.
Aan die NSB en aan haar leider mankeerde veel; de gebreken waren Schmidt en Seyss-Inquart niet onbekend. Dat de man die hun voorkeur kreeg, niet een bij uitstek capabele en krachtige persoonlijkheid was, bood overigens voordelen: men zou hem desnoods terzijde kunnen schuiven, men zou niet teveellast van hem krijgen en men mocht vertrouwen dat men, zonder al te veel weerstand te ontmoeten, hem en zijn beweging in een duidelijk Duits nationaal-socialistische richting zou kunnen ombuigen. Zulks vergde de inwilliging van vier desiderata: Mussert moest in onmiskenbare bewoordingen Hiders directe leiderschap erkennen; hij moest Vrijmetselaren en Joden uit de NSB verwijderen; hij moest Himmlers vertrouwensman Rost van Tonningen in de leiding van de NSB opnemen en hij moest accoord gaan met de oprichting van een Nederlandse SS onder leiding van de jonge Feldmeijer. Waren die desiderata vervuld, dan zou de NSB gesteund worden bij haar verdere ontplooiing; aan een regering van NSB' ers werd niet gedacht: de vorming van zulk een regering zou het land in rep en roer brengen. Beter leek het, Mussert de kans te geven, zijn aanhang aanzienlijk uit te breiden; hier en daar zouden dan ook NSB'ers op hoge posten in het overheidsapparaat benoemd kunnen worden.
Bij dit beleid bleven andere bewegingen in den lande niet buiten beschouwing - ze kregen er juist elk een eigen functie in. De twee NSNAP' en zouden gebruikt worden om de NSB verder te nazificeren; discrete steun aan Arnold Meyers Nationaal Front zou de NSB tot verdubbelde activiteit aansporen en om datzelfde effect te bereiken, zou men de Nederlandse Unie een zekere mate van actie permitteren - voor een audiëntie voor de heren Homan, de Quay en Einthoven was het evenwel te vroeg. Misschien zouden die wat toeschietelijker worden als de NSB de evidente steun van de bezetter kreeg. Misschien liet zich te eniger tijd ook een combinatie vormen van of uit de NSB, Nationaal Front en de Unie. Seyss-Inquart had geen behoefte
1 Brief, 9 aug. 1948, van P. M. C. J. Hamer aan H. G. Hey (Doe 1-628, a-a). 57
Wij erkennen: men vindt deze constructie in geen enkel Duits document terug, wèl vindt men er in tal van documenten de sporen van en wat wij stellen is dit: dat de gehele ontwikkeling in augustus en september '40 en in de maanden die volgden, zich tot in de kleinste details in die constructie laat inpassen. In die ontwikkeling zat een lijn die zich al begin augustus ging .aftekenen. Dat kan geen toeval geweest zijn.
Hoe men precies tot deze constructie gekomen is, vermogen wij niet aan te geven. Aannemelijk is dat Generaiieommissar Schmidt er een belangrijke bijdrage toe geleverd heeft. Dat was van veel belang want Schmidt zou voor .de steun zorgen van Martin Bormann en de Parteileitung, En Himmler? Ook met zijn platmen was de constructie in overeenstemming. Wij gaan verder: de bij uitstek doelbewuste Reichsführer-SS heeft, dunkt ons, in deze zaak een belangrijke rol gespeeld en voorzover hier van een 'versnelling van tempo'
sprake geweest is, achten wij het plausibel dat hij het geweest is, die deze versnelling opgelegd heeft aan Seyss-Inquart die zichzelf (men denke aan zijn toespraak van 26 juli) vermoedelijk meer tijd had willen gunnen. Wat Himmler deed, was eenvoudig aanknopen bij de visie die hij in het gesprek met Seyss-Inquart en Rost op 2 juni ontwikkeld had - met dien verstande dat hij, nu Rost bezig was te falen, bereid was, Mussert meer kansen te geven.
Himmler heeft op 30 juli in hotel 'Kasteel Oud-Wassenaar'
zijn eerste bespreking met Mussert gevoerd en deze daarbij duidelijk gezegd dat uiteindelijk een Grootgermaans rijk moest ontstaan, dat de SS als 'orde'
dat rijk, hoe ook gestructureerd, bijeen moest houden en dat die SS tevens de 'raszuiverheid'
diende te waarborgen. Die mededelingen (welke een bevestiging inhielden van wat Mussert een kleine twee maanden eerder van Gottlob Berger te horen gekregen had) moeten de leider der NSB rauw op het lijf gevallen zijn: aanvankelijk stribbelde hij dan ook tegen; drie jaar later herinnerde Himmler hem er aan, 'bei der ersten Besprechung' (30 juli '40) 'insgesamt schon seine Linie klar aufgezeigt zu haben, Ulorüber Herr Mussert entsetzt geu/esen sei. Er, der Reichsfiihrer-SS, habe damals schon gesagt dass dies der honoristischte und beste Weg sei'; Himmler had gezegd, 'dass das nieder ländische Volk nach den Bestimmungen des Führers {je nachdem wie dann die 57
Lang heeft Musserts verzet op de joste juli niet geduurd en dat Himmler dus aan de boven-weergegeven constructie (waar hij en Seyss-Inquart stellig samen over gesproken hebben) vasthield, bleek drie weken later toen de Reichsfiihrer-SS in een opmerkelijke toespraak tot Nederlandse vrijwilligers voor de Waffen-SS van alle in bezet gebied werkzame Nederlandse politieke figuren slechts één noemde: Mussert. 'Es hängt selbstverständlich', betoogde Himmler, 'jeder einzelne in Mannestreue an den Männern und an dem Manne del' in seiner Heimat sein Volk wieder wachgmifen hat. Sa hingen in Sudetenland die sudetendeut schen Volksgenassen an Konrad Henlein und Ihr in Holland hängt mit Recht an dem Begründer und an dem Leiter Eurer national-sozialistischen Partei, an Mussert. lelt kenne beide, Henlein und Mussert, persönlich zu gut, urn nicht zu wissen dass jeder von ihnen selbstverständlich weiss was er ge/eistet hat, aber ebenso selbstverständlieh weiss dass ûber uns allen ein grösserer Maim steht, ein ohne jeden Massstab grösserer, ohne [eden Vergleich auf diesel' Erde: ein germanischer Führer Adolf Hitler! Icli glaube dass es einstmals für heinen Germanen in der Welt eine Schande und für keinen Germanen in der Welt eine Untreue gegenüber seiner Heimat ist, wenn er diesem grös sten Germanen, diesem grössten Führer der germanisehen Welt, Adolf Hitler, seine Treue zusagt.'s
Houdt men in het oog dat Henlein het Sudetengebied rijp gemaakt had voor inlijving in Duitsland en dat hij nadien op een zijspoor gerangeerd was, dan was het voor Mussert slechts een twijfelachtige eer om in één adem genoemd te worden met de ex-leider van het Sudetendeutsche Heimatjront.
Uiteraard had Seyss-Inquart voor de verwezenlijking van de constructie die met Himmler afgesproken was, de instemming van Hitler nodig. Het is aannemelijk dat hij die op 7 augustus verwierf: hij voerde die dag samen met
1 Verslag van de bespreking, 8 juli 1943, van Himmler met Mussert (BDC, 723-46), p. 1-3. 2 Aldus Musserts citaat in zijn brief,sjan. 1944, aan Himmler (NSB, 20 e). S 'Rede des Reichsjûhrers-SS am 21. August 1940 in München val' del' SS Standarte 'Westland" (BDC, 4397-4403).
Uit het voorafgaande bleek al dat Mussert opjuli in de belangrijke bespreking met Himrnler niet veel weerstand bood: hij moet zijn gevoelens van 'ontsteltenis'
nog tijdens het gesprek bedwongen hebben. Daarmee waren die gevoelens nog niet verdwenen, integendeel: ze waren versterkt. Van een opgaan van Nederland in het 'Crossgermanische Reich' gruwde hij en het leek hem extra wenselijk, voor zijn eigen lievelingsdenkbeeld op te komen: Nederland met Vlaanderen één; wel zou dat 'Groot-Nederland'
in een bepaald staatkundig verband de leiding van I-Iider dienen te aanvaarden, maar het moest toch een aparte staat blijven. 'Geve God dat ik de
Twee dagen na zijn gesprek met Himmler betoogde hij op een massavergadering in Amsterdam dat in Europa 'een Bond van Germaanse en een Bond van Romaanse staten'
geschapen moesten worden. 'Het volk van de Dollart tot aan Duinkerken zal niet gebroken worden'
, riep hij uit. 'Geen machthebber in Europa wil dat'
l - hij wist wel beter! Dat 'breken'
werd, in zijn visie, juist door Himmler gewild. Dat Hitler, Himmler en Seyss-Inquart het in IllID uiteindelijke doelstellingen eens waren, besefte hij niet. In elk geval koesterde hij de overtuiging dat hij bij Hitler die hij, geheel ongegrond, als' de verpersoonlijking ... van de vriendschapspolitiek ten opzichte van Nederland' zagê, iets zou kunnen bereiken - maar dan moest hij de Führer zijnerzijds ook iets aanbieden: dat zou de belofte zijn dat 'Groot-Nederland'
onder leiding van de NSB een trouw lid zou zijn van de Germaanse Statenbond en dat hij, Mussert, was hem eenmaal de leiding van Nederland toevertrouwd, met Nederlandse troepen zou deelnemen aan de grote afrekening met de Sowjet-Unie.
Hoe hem die leiding toevertrouwd kon worden, was wel een probleem, maar dat had een afdelingschef van de provinciale griffie van Zuid-Holland, mr. J. H. Carp, al voor hem opgelost. Carp, een acht-en-veertigjarige jurist en een groot kenner en vereerder van de Joodse filosoof Spinoza (eens zei hij, dat 'als Spinoza geen Jood geweest was, hij stellig de filosoof van het nationaal-socialisme zou zijn geworden") - Carp kende de Grondwet op zijn duimpje; art. 38 bepaalde dat het koninklijk gezag 'ingeval de koning buiten staat geraakt, de regering waar te nemen' (en de koningin bevond zich in Engeland!) 'mede aan een regent opgedragen'
werd en, aldus art. 46, zolang die regent ontbrak, werd het koninklijk gezag 'waargenomen door de Raad van State'
. In juli werd Carp lid van de NSB en aan zijn brein ontsproot het verbluffend eenvoudige plan dat de leden van de Raad van State zonder uitzondering door NSB'ers vervangen zouden worden; de nieuwe Raad van State zou Mussert tot 'regent'
benoemen en 'regent'
Mussert zou een nieuwe regering vormen - alles, aldus Carp, volmaakt in overeenstemming met de Grondwet!
Op J6 augustus legde Mussert Carps plan aan Seyss-Inquart voor; dezeaug.Mussertzijn verdediging:p.Brief,maartvan D. Schendstokaan]. M. M. van Asch van Wijck (Doca-II).'vond dit te ingrijpend'
, tekende Mussert aan.' Welk een teleurstelling! Maar drie dagen later wekte Schmidt nieuwe hoop bij Mussert door op een komende regering van NSB'ers te zinspelen; Schmidt vroeg hem althans, zich met het ex-Eerste-Kamerlid van de NSB, van Vessem, in verbinding te stellen; deze zou eerst' drie of vier maanden'
procureur-generaal in Den Bosch zijn 'om daarna minister van justitie te worden."
Minister! Mussert snelde naar van Vessem. Deze weigerde. 'Laat mij niet in mijn hemd staan'
, smeekte Mussert; 'hij zeide'
, aldus van Vessem, 'jawel, wat zal men zeggen van discipline als eigen mensen niet willen. Vaderlands belang, dat ik aannam, anders zullen zij de mensen benoemen van heim ins Reich' - de ss richting. Van Vessem blééf weigeren; bij zijn weggaan verzuchtte Mussert, 'de laatste maanden de meest geplaagde en getreiterde man in Nederland'
te zijn.ê
Wie 'treiterde'
hem? Om te beginnen al Seyss-Inquart die hem tweeweken tevoren, op 5 augustus, gezegd had dat er binnen de NSB een Nederlandse ss diende te komen onder een 'Voorman'
: Feldmeijer. Mussert wilde er zich niet tegen verzetten dat er 'een soort SS'
kwam maar dan niet onder Feldmeijer die hij wantrouwde en die hij als de bondgenoot zag van zijn rivaal Rost van Tonningen. Zou men, suggereerde Mussert, boven de WA (die in opbouw was) en boven 'een soort SS'
niet een persoon kLU111en plaatsen die zijn, Musserts, volledig vertrouwen had, Huygen bijvoorbeeld ?4 Seyss-Inquart liet Huygen pro forma komen en zei toen 'neen'
. Tien dagen later kreeg Mussert te horen dat de SS strikt gescheiden moest blijven van de WA; ze diende, herhaalde Seyss-Inquart, binnen de NSB een aparte formatie te worden. Mussert weigerde medewerking.
Hoe konden Seyss-Inquart en Schmidt hem over de brug krijgen?
Zij kenden Musserts hartewens : een gesprek met Hitler. Welnu, op 21 augustus lieten zij aan Mussert doorschemeren dat zij bereid waren, dat gesprek te bevorderen als hij eerst eens zijn denkbeelden over de toekomstige verhouding van Nederland met Duitsland op schrift stelde. Daar ging Mussert graag op in! Hij trok zich in Lunteren terug, besprak daar de gehele situatie met van Geelkerken, van Genechten. Huygen en zijn gemachtigde voor Indische zaken, Harloff (niet met Rost natuurlijk) en schreef daar op zondag 25 augustus zijn 'Nota over de Bond der Germaanse volkeren'
:J. J.J. van Vessem: Notitie, 20 aug. 1940 (Doe 1-1783, a-j), 'Mussert: Dagboekj aug.'de bloedsverbondenheid'
en 'de gemeenschappelijke wereldbeschouwing (het nationaal-socialisme)' zou de Bond een '
gemeenschappe-lijke weermacht' en een '
gemeenschappelijke economie' bezitten-; wenselijk was het dat de NSB de macht kreeg om het Nederlandse volk de Bond binnen te voeren; dan moest 'de levensruimte die de Führer aan het Nederlandse volk in Europa toebedeelt, zoveel mogelijk ... van Joden en Walen" gezuiverd worden (de termen 'Nederland'
en 'Groot-Nederland'
werden door Mussert niet gebruiktl''
- de Joden zou men uit heel Europa kunnen overbrengen naar Nederlands-, Engels- en Frans-Guyana (Musserts plan uit eind' 38). Het verleidingselement ontbrak niet: men kon, zette hij uiteen, in Nederland 'een miljoen mannen op de been brengen ... bovendien" wanneer de tijd daar is dat het Duitse volk expansie naar het oosten behoeft. dan zullen Nederlandse soldaten zich als goede Germanen gedragen en met vreugde de ereschuld betalen die nog op het Nederlandse volk zou rusten.P' Met dat laatste bedoelde Mussert dat Duitsland in mei'
40 offers had moeten brengen om Nederland te 'bevrijden'
van 'het demo-liberale juk'
.
Huygen, Harloff en d' Ansembourg kregen Musserts tekst te lezen"
hij werd netjes getypt en met een Duitse vertaling (belangrijke stukken aan de Duitsers werden door Mussert veelal in het Nederlands gesteld; een vertalingwerd er aan toegevoegd) op 28 augustus door Mussert aan Seyss-Inquarr overhandigd; deze beloofde dat hij de nota aan Hitler zou doorzenden. Maar Seyss-Inquart had zijnerzijds óók iets aan Mussert te overhandigen: een: memorandum over de grondslagen voor de opbouw van de Nederlandse SS, een en ander onder leiding van Feldmeijer; binnen drie dagen, uiterlijk op 3 I augustus dus, moest Mussert daar zijn mening over geven.
De Duitse opzet was duidelijk: Mussert kon zijn nota wel vergeten als hij
'een revolte tegen de beweging'
en tegen hem als leider op touw gezet - 'deze man is dus niet geschikt om als Voorman der Nederlandse SS op te treden.'!
Seyss-Inquart en Schmidt maakten zich over dat tegenstribbelen niet veel zorgen: Mussert had de SS aanvaard, de benoeming van Feldmeijer zou ook wel voor elkaar komen. Trouwens, als Mussert dacht dat hij al voldoende concessies gedaan had voor het simpele feit dat zijn nota aan Hitler doorgezonden zou worden, dan vergiste hij zich deerlijk: de prijs voor die doorzending werd op 3 september drastisch verhoogd. Die dag werd Mussert om vier uur onverhoeds bij Schmidt geroepen. Wij volgen Musserts dagboek:
'Schmidt mij meegedeeld dat de volgende ochtend de Rijkscommissaris naar de Führer zou gaan en mijn nota zou medenemen. Of er wat van de Bond zou komen, wist hij niet. Er was om te bereiken wat mogelijk was in belang van Volk en Vaderland maar één ding te doen n1. mij onvoorwaardelijk scharen achter Hitler die absoluut het allerbeste met Nederland voor heeft en ook voor Indië zal doen wat mogelijk was. Daarom een nieuwe briefbij de nota opscellen.î"
Wat hier van de Nederlauder Mussert gevraagd werd, was niet gering: een verklaring van trouw, 'onvoorwaardelijk'
nog wel, aan het Duitse staatshoofd. Schmidt had het sluw aangepakt: het was laat in de middag en Seyss-Inquart zou, zei hij, 'de volgende ochtend'
vertrekken. Mussert had tijd voor overleg kunnen bedingen, maar hij vreesde kennelijk dat dat een fatale indruk zou maken. Hij accepteerde dus Schrnidts eis en stelde samen met hem een soort plechtige verklaring op alsmede het telegram dat wij al eerder citeerden en waarin Mussert het 'välkische Prinzip' (het kernstuk van de SS-ideologie) erkende, 'Ihnen, Führer' (het "Mein Führer' kon er nog niet af) het lot van Nederland in handen legde en tot slot meedeelde dat hij Hiders 'Befehle' afwachtte; tegen dat woord 'Bejehle' had Mussert groot bezwaar gehad, maar het kwam in de tekst te staan, zelfs twee keer. Hoe de plechtige verklaring luidde, weten wij niet: ze is niet bewaard gebleven maar ze kwam hierop neer dat door de ondertekenaans) 'in der Judenfrage rund) in der Volkstums und Rasse/rage eine eindeuiige Stellung eingenommen' werd,"
Toen Schmidt eenmaal zo ver was, kwam de aap uit de mouw: SeyssBrief,aug.van Mussert aan Seyss-Inquart (NSB,c).Dagboek,sept.Aldus Schmidts samenvatting opseptember ('Bericht sept.p.
Op woensdagochtend 4 september verschenen van Geelkerken en hij stipt op tijd - en wie stond daar 66k? Rost van Tonningen. Wat moest Mussert doen? Weglopen terwijl Seyss-Inquart, Schmidt, Rauter, Wimmer daar in 'groot uniform'
prijkten? Hij schikte zich, hij bleef. Seyss-Inquart sprak enkele vriendelijke en waarderende woorden: 'Wil men zich beschouwen als leiders in een volk'
(het meervoud 'leiders'
was veelzeggend), 'dan schuwt men beslissingenniet'
,1 betoogde hij. Mussert, van Geelkerken en Rost van Tormingen ondertekenden de plechtige verklaring. Mussert sprak een kort woord: 'Ik doe dit in de vaste overtuiging, mijn Volk en mijn vaderland het beste te dienen, anders had ik dit nooit gedaan'2 - het telegram aan Hitler werd verzonden en Seyss-Inquart vertrok naar Berlijn.
Vrijdag 6 september was de Reichsleommissar terug. Hitler liet Mussert groeten; ook zou hij de leider der NSB ontvangen, 'zo spoedig dit hem mogelijk was. Intussen rekende hij', aldus Mussert in zijn dagboek, 'op kameraadschappelijke samenwerking en opbouw. Na afloop verzocht Schmidt mij, nu niet langer de Rijkscorrunissarismoeilijkheden te veroorzaken met de kwestie-Feldmeijerdie van te ondergeschikt belang is. De grote zaak mocht daardoor niet bedorven worden. Hem gezegd: 'vooruit dan maar."
Johannes Hendrikus ('Henk'
) Feldmeijer was in 19IO in Assen geboren. Hij doorliep de hbs in Groningen, ging daar wis- en natuurkunde studeren; zakte voor zijn candidaatsexamen en brak zijn studie af. Hij was toen al enkele jaren lid van de NSB en kreeg in de beweging een betaalde functie als propaganda-inspecteur in Drente en Noord-Overijsel, zulks als opvolger van F. W. Wessels die in '36 met de NSB gebroken en in een brochure een aantalonfrisse details over de beweging bekendgemaakt had.Mussert:'Verslagvan de plechtigheidopseptembermap: Dagboek vandoor Mussert abusievelijkgedateerd opseptember.Mussert: Dagboek,sept.A.v.,sept.
Peldmeijer was bezeten van een brutaal activisme, eerzuchtig, gewetenloos en koelbloedig. Hij was een goed spreker en hij werd in de NSB die maar weinig bekwame jongeren telde, spoedig over het paard getild. Hij had een corrupte inslag, hij hield nu eenmaal van eenluxueus leventje met lekker eten en drinken. In '38 stond hij al '
op de nominatie om wegens wangedrag in zijn particuliere leven uit de NSB geroyeerd te worden." Mussert handhaafde hem. Achting voor Mussert had hij overigens niet: de NSB was hem te slap en Mussert was hem teveel een nette burgerman die van het werkelijke nationaal-socialisme, de rassenleer bijvoorbeeld, niets begreep. Feldmeijer was een Nederlandse SS'er nog voor de Nederlandse SS opgericht was. Hij knoopte trouwens al voor de oorlog allerlei relaties met het Duitse SS-milieu aan, speciaal met de Oherabschnitt West in Düsseldorf, liet zich door die Oberabschnitt betalen voor de oprichting en het werk van de MussertGarde en maakte het geld gedeeltelijk zelf op, hetgeen hem, zoals gewoonlijk, weinig moeite kostte.
Tijdens de bezetting werd zijn neiging tot corruptie alleen maar sterker. In de lente van '42 moest hij aan Rauter bekennen dat hij bijna f 5 000, die hem voor de SS overhandigd waren, er zelf doorgejaagd had - maar ja, 'Feldmeijer ist derzeit nicht zu ersetzen', verzuchtte Rauter, het gebeurde aan Himmler rapporterend.ê Ongemerkt gleed Feldmeijer naar het criminele af; zijn belangrijke rol bij de Silberta/lne-moorden zal nog in een volgend deel geschetst worden, hier zij nog slechts vermeld dat hij, kort voordat hij begin' 4S bij een Geallieerde luchtaanvalom het leven kwam, zich alleen maar door Himmlers steun had kunnen onttrekken aan een vervolging wegens diefstal ten nadele van zijn kameraden.
Opjuniwas Feldmeijer samen met Rost uit de internering teruggekeerd in Den Haag. Feldmeijer had tijdens de tocht naar Calais geen angst getoond, Rost wél. Een Feldmeijer vergat zo iets niet en het sprak voor hem vanzelf, zo het dat niet tevoren al deed, dat niet Rost (die trouwens Indisch bloed in de aderen heette te hebben) maar hij met de leiding der Nederlandse SS belast zou worden. Rauter stelde dat begin juni aan Hirnmler voor en Himmler ging daar accoord mee. Aanvankelijk bleef FeldmeijerJ.'met de beste krachten van de WA'
ging uitbreiden.' Ook in de Nationale Jeugdstorm werd rondgekeken naar figuren die men straks in de Nederlandse SS zou kunnen opnemen. Tegelijk wierf Feldmeijer samen met een aantal gelijkgezinden druk vrijwilligers aan voor de Waffel1-SS-opleiding in Beieren.
Formeel werd de SS op II september door Mussert opgericht, zogenaamd als 'antwoord'
op de dood van de Haagse WA-man Peter Ton (die nog ter sprake komt) en zogenaamd als formatie van de beweging. Die oprichting stond intussen, gelijk betoogd, al vóór II september vast en de SS ging zich van meet af aan als zelfstandige groepering gedragen - een groepering die niet aan ordinaire straatrellen moest deelnemen (dat lieten de Duitsers graag aan de WA over) maar die zich moest scholen alshet geheimzitmig keurcorps dat op de achtergrond bleef en uiteindelijk in Nederland in plaats van de NSB de werkelijke drager zou zijn van het nationaal-socialisme. 'Voorman'
Feldmeijer kreeg een eigen bureau, niet in Utrecht waar het hoofdkwartier der NSB gevestigd was, maar in Den Haag, dicht bij Rauter. Met de grootste minachting sprak men daar over Mussert 'en de bekende hoofdkwartierkliek'
- geen nood: het 'gezeur en getreiter'
van Mussert kon men naast zich neerleggen, men diende het, zo schreef een van Feldmeijers medewerkers aan Rosts a.s. zwager, Wim Heubel, als bewijs te zien dat Mussert 'natuurlijk voelt dat het met zijn rijk afloopt. I-lij heeft de ene fout op de andere gestapeld en daarmee (gelukkig) vele Duitse instanties ziende gemaakt.P De datum van die brief was 17 september: zes dagen na de oprichting van de formatie die 'Meine Ehre heisst Treue' als devies voerde.
Voor het feit dat hij alle oud-Vrijmetselaars en Joden nit de NSB verwijderen moest (die verplichting had hij door het ondertekenen van de plechtige verklaring aanvaard), schaamde Mussert zich diep. Hij beschouwde het als een offer dat hij voor de goede zaak moest brengen.
De Vrijmetselarij werd door de Nazi's gezien als een even sinistere als invloedrijke organisatie waarvan het lidmaatschap, hoe kortstondig ook, de beJ.'35 of'
3 6 hem ervan overtuigdhad, dat Farwerck 'onbetrouwbaar was'
; daarom had hij aan de eis der Duitsers om Farwerck te laten vallen, toegegeven.
Diep gekwetst door dit 'trouweloos'
gedrag, legde Farwerck al zijn functies neer.! Hij had zich speciaal beijverd op de 'volkse'
sector; hij was de man geweest die bevorderd had dat het symbool van de wolfsangel en de oud-Germaanse namen der maanden (Louwmaand, Sprokkelmaand enz.) in de NSB ingevoerd werden; met een aparte stichting, 'Der Vaderen Erfdeel'
, was hij de Germaanse voorgeschiedenis gaan bestuderen - al dat werk moest hij nu aan de met de Nederlandse SS verbonden 'Volkse Werkgemeenschap'
overdragen. Verbitterd trok hij zich in Hilversum terug; hij bleef lid der NSB en ageerde daar af en toe nog tegen Rost die hij, vermoedelijk niet ten onrechte, als de man beschouwde die op slinkse wijze zijn val bewerkstelligd had.
Hij aarzelde.
Eind september nam hij het standpunt in, dat Joden die al vele jaren lid van de NSB waren, een verzoekschrift konden indienen om lid te mogen blijven; die gevallen wilde hij nog eens met de Duitsers bespreken. Onder Duitse druk liet hij dat standpunt vallen; alleen die leden die slechts één of twee Joodse grootouders hadden, mochten lid blijven. Dat betekende dat drie vooraanstaande NSB' ers (de organisatieleider, de plaatsvervangend vormingsleider en de bekende radiospreker Max Blokzijl) niet behoefden uit te treden. Alle overigen werden in december '40 geroyeerd.
Op een dag in die maand had Woudenberg een bespreking met Mussert. 'Na ongeveer een kwartier'
, aldus Woudenberg na de oorlog, 'onderbrak hij plotseling de bespreking en zei: 'Woudenberg, ik heb gisteren de-slechtste daad van mijn leven gedaan, ik heb de Joodse leden van de NSB, goede kameraden, buiten de beweging gezet."
2 Mussert zag dat overigens niet als een permanente maatregel; hij liet in oktober '41 aan een Joodse dame die in '
33 tot de NSB toegetreden was, per brief weten dat zij, zodra hij aan de macht was, weer in de NSB opgenomen kon worden. Een afschrift van die brief werd aan Rauter in handen gespeeld, die zich haastte, Himmler er van in kennis te stellen.
Het heeft, dunkt ons, zin om bij het voorafgaande een ogenblik stil te staan en dan te onderstrepen hoe fataal de concessies waren die Mussert eind augustus en begin september aan de Duitsers deed. Dat Seyss-Inquart en Schmidt hem tot de oprichting van de Nederlandse SS en tot de aanvaarding van Voorman Feldmeijer forceerden, betekende niet alleen dat, onder Musserts verantwoordelijkheid, naast en binnen de NSB een formatie tot stand kwam die het opgaan van Nederland in een Grootgermaans rijk zou
1 De Telegraaf, 18 juli 1940. 2 H. J. Woudenberg:'bevelen'
te zullen nakomen; met dat alles had hij, als het er -op aankwam, aan elke tegenactie zijnerzijds de basis ontnomen. Dat hij als onderdeel van die tegenactie het aanbod deed (hij heeft het later vele malen -herhaald), honderdduizenden dienstplichtige Nederlanders te dwingen, aan Duitslands zijde mee te vechten, behoeft nauwelijks commentaar: het veroordeelt zichzelf.
Wij willen hierbij nog opmerken dat de doorsnee-NSB'er geheel on.kundig bleef van de volstrekte afhankelijkheid waarin Mussert zich begeven had en die hij met zijn handtekening had bekrachtigd; van de plechtigheid -op 4 september, van de ondertekende verklaring en van het verzonden relegram werd in Het Nationale Dagblad en in Volk en Vaderland met geen woord gerept. Welriep Mussert twee dagen na die plechtigheid, op 6 'september dus, alle districtsleiders en hoofden van dienst van het hoofdkwartier der NSB bijeen en hun deelde hij mee dat hij Hitler beschouwde .als 'de grote Germaanse Führer' en dat hij zich 'onvoorwaardelijk'
achter Hitler geschaard had. De concessies die hij gedaan had, verzweeg hij. "Hen gevraagd', aldus Musserts dagboek, 'of zij mij volgden. Allen eenstemmig: ja. Groot enthousiasme. Kennelijke opluchting nu zij wisten waaraan zij toe waren. '1
Vanwaar dat 'enthousiasme'
, vanwaar die 'opluchting'
? Het is duidelijk: .al die NSB-functionarissen namen aan dat, als Engeland eenmaal bedwongen was (dagelijks verwachtte men het bericht van de invasie van Engeland) -en als de vrede in Europa was hersteld, misschien al eerder, de NSB 'aan de TIlacht zou komen'
. Deze conclusie werd door menigeen van die districtsleiders en diensthoofden in eigen kring rondverteld: 'We zijn er!'
, en er -gingen als gevolg van dit alles geruchten de ronde doen dat een NSB-rege·ring gevormd zou worden. Die geruchten werden belangrijk versterkt toen -een der meest vooraanstaande NSB' ers, van Genechten, hoofd van de -afdeling vorming van het hoofdkwartier en pas benoemd tot procureur'generaal in Den Haag, op woensdag II september, in het publiek en namens
II
Die aankondiging werd door van Genechten gedaan bij de begrafenis van de eerste WA-man die in de politieke strijd zijn leven verloren had: Peter Ton.
Vier dagen tevoren was deze in Den Haag dodelijk door een kogel getroffen.