Eén dag na dit Naaldwijkse gevecht was de binnenstad van Utrecht in rep en roer. De Ordnungspolizei gaf er op zondagavond een openluchtconcert; een NSB'er ging er naar zitten luisteren op een caféterras. 'Ca. half negen', aldus zijn relaas, 'ontstond rumoer en bleek dat het Uniegespuis (= RKSP plus de rest) het lef hadden, onder de muziek door 'Oranje Boven'
te gaan zingen. Toen bovendien enige W A-malUlen in uniform ten tonele verschenen ... was, wat men noemt, de boot aan. We zijn toen met geüniformeerde en niet-geüniformeerde kameraden, plus SS, Arbeidsdienst," Luftwaffe en Pionieren onder leiding van een Oberleutnant-SS rond anderhalf uur, dat was tot over 22 uur, bezig geweest om enigermate de orde te herstellen. De Utrechtse politie gedroeg zich als koekebakkers, saboteerde de zaak en trad alleen op als je er naast stond om te commanderen. Doch dan moest eerst demonstratief het nummer van de agent genoteerd worden om rapport te maken ... Het was werkelijk gezellig. Een viertal tegenstanders moesten naar het ziekenhnis, ter reparatie, en naar schatting hebben een veertig- tot vijftigtal in de nacht van zondag op maandag op hun buik moeten slapen omdat hun rug, plus het verlengde daarvan enigszins beurs was ... Het was werkelijk fraai.'"