1 Cpz: p.v. zitting inz. A. Meijer-Schwencke (22-23 febr. 1950), p. 2 (getuige J. J. L. van Zuylen) (Doe 1-II37, C-IO). 2 Cpz, recherche: p.v. H. H. J. van de
Hushahn, H.
Meyer-Schwenke, A.
Parool-groep
Pers, legale
Pol, H. H. J. van de
Sicherheitsdienst (SD)
V-Männer
Verenigde Persbureaus
Zuylen, J. J. L. van
Al vóór de capitulatie, vermoedelijk in de nacht van 12 op 13 of van 13 op 14 mei, verscheen Meijer-Schwencke op de nachtredactie van Het Vaderland waar hij aan Goedhuys die voor zijn Verenigde Persbureaus een buitenlands weekoverzicht placht te schrijven, zei dat men, als Nederland de wapens neergelegd had, onmiddellijk besprekingen met de Duitse autoriteiten voeren moest teneinde het Nederlandse perswezen geheel te reorganiseren. Vermoedelijk wilde Meijer-Schwencke zich er eerst van vergewissen hoe men daar in Berlijn over dacht: alop 15 of 16 mei kon hij in een auto van de Wehrmacht meerijden naar de Duitse hoofdstad. Wat hij daar precies uitgevoerd heeft, is niet bekend.