De bedoeling van die landing was, niet alleen Marokko en Algerië in handen te krijgen maar vooralook Tunesië dat, evenals de twee andere genoemde5 2Alexander, H.AlgerijeBormann, M.EgypteEl AlarneinGeallieerde oorlogvoeringItaliëKrijgsgevangenen. DuitseLibiëMaltaMarokko, FransMidden-OostenMontgomery, B. L.NijlRommel. E.De WaarheidOMMEKEERgebieden, onder Vichy-Frankrijk ressorteerde. Als landingsoperatie zou het de grootste zijn die tot op dat moment ondernomen was: men zou in eerste instantie bijna honderdduizend man ontschepen. Daartoe moest men van overal schepen bijeenschrapen, troepen eveneens. De meeste van die troepen zouden Amerikaanse zijn; men nam aan dat de autoriteiten in Frans NoordAfrika minder antipathie koesterden jegens de Verenigde Staten dan jegens Engeland. Een deel van de Amerikaanse troepen, voor Marokko bestemd, zou rechtstreeks van Amerika oversteken, de overige, door een Engels contingent versterkt, zouden van Engeland via Gibraltar naar Algerië varen. Alles moest in grote haast in gereedheid gebracht worden en daarbij wreekte zich het feit dat de Amerikaanse divisies die in de zomer en de vroege herfst in Engeland aangekomen waren, als regel zonder hun zware wapenen waren gearriveerd. Veel van dit in allerijl nagezonden wapentuig werd in kisten en kratten verpakt die onvoldoende of in het geheel niet gemarkeerd waren; op een gegeven moment moest men 700 goederenwagons doorzoeken om enkele ontbrekende onderdelen te localiseren. Er was meer dat niet klopte. Een deel van de Amerikaanse munitie was en bleef zoek - het Engelse War Office moest bijspringen. De plunjezakken van de Amerikaanse militairen bleken niet te deugen. Voorts kregen de militairen anti-tankwapens mee waarmee ze nooit geoefend hadden. Verder had men eigenlijk geen duidelijk denkbeeld hoe men een grootscheepse amfibische landing organiseren moest. Tijd om te oefenen in het em- en debarkeren van troepen ontbrak. Ook de bescherming uit de lucht had zwakke punten: er was een tekort aan lange-afstands-jagers en -verkenners. Zo nam men bij de voorbereidingen risico's die, had men Duitse troepen tegenover zich gehad, fataal zouden zijn geweest. Men hoopte evenwel dat de Vichy-Franse strijdkrachten in Noord-Afrika, ca. honderdtwintigduizend man, weinig of zelfs geen weerstand zouden bieden.