In deel 4 wezen wij er op dat de haat jegens de NSB' ers ('landverraders !'
) reeds in de zomer van '40 herhaaldelijk incidenten deed ontstaan. Het kwam dan menigmaal tot scheld- en vechtpartijen waarin de politie gemengd werd en die, als er een aanklacht ingediend werd, tot uitspraken lei-dden van kantonC.q. politierechters, Wij hebben daar geen overzicht van, maar wij durven veronderstellen dat, als de feiten in voldoende mate vaststonden, door die lagere rechters uitspraken gedaan werden waarin geen principieel verschil gemaakt werd tussen nationaal-socialisten en anti-nationaal-socialisten. De bezetter die de NSB en, in een iets later stadium, ook de NSN AP naar voren wilde schuiven, zinde dat niet - het zinde de NSB en de NSNAP evenmin: als zij met verlof van Generalkommissar Schmidt mochten trachten, 'de straat te veroveren'
, dan was het a~urd dat rechters van het oude bestel hun voor de voeten liepen al door hun dezelfde maatstaven aan te leggen als hun tegenstanders! Begrepen die rechters dan niet dat er 'een revolutie'
gaande was waarmee zij rekening dienden te houden?