Hoewel de organisaties van landbouwers en die van de handel in en de verwerking van agrarische producten in de besturen van de centrales vertegenwoordigd waren, werden zij door diegenen die op die sectoren werkzaam waren, in hoge mate als een verlengstuk van de regering, van 'Den Haag'
, gevoeld en dat gevoel werd nog sterker toen in '39 het rijksbureau voor de voedselvoorziening in oorlogstijd opgericht werd; alle centrales kwamen toen onder dit rijksbureau te ressorteren waarvan Louwes als regeringscommissaris voor de voedselvoorziening hoofd was. De titel 'regeringscommissaris'
vond Seyss-Inquart, de Rijkscommissaris, verwarrend - het werd dus in september '40 '
directeur-generaal' en er werd toen ook een breed samengesteld College (later: Raad) voor de Voedselvoorziening opgericht om Louwes en Hirschfeld met adviezen terzijde te staan. Daar
College (Raad) voor de Voedselvoorziening
Land- en tuinbouw
Louwes, S. L.
Paarden, vorderinglroof
Provinciale Inkoopcentrales van Akkerbouw- produkren
Rijksbureau voor de Voedselvoorziening in Oorlogstijd
Tarwecentrale
Voedselvoorziening voor bezerring
bleefhet niet bij. Vóór de oorlog was er al op aangedrongen dat het bedrijfsleven zelf uitvoerende taken van 'Den Haag'
zou overnemen en Hirschfeld, geenszins voorstander van 'ambtenarij'
, was in de nieuwe verhoudingen graag bereid aan die wensen tegemoet te komen. Eerder schetsten wij hoe voor het niet-agrarische bedrijfsleven door de Organisatie-Commissie Wolters om hoofd-, bedrijfs- en vakgroepen in het leven geroepen werden hetzelfde geschiedde nu op de agrarische sector en kon daar ook gemakkelijker plaatsvinden omdat er in de vorm van de crisiscentrales al organisaties. bestonden die alle producenten en handelaren omvatten. Voor de nieuwe organisatorische structuren werd eind maart' 41 de grondslag gelegd in het Organisatiebesluit Voedselvoorziening-uçar! hetwelk bepaalde dat, evenals op het door de comrnissie-Woltersom bestreken terrein geschied was, nieuwe lichamen 'in de zin van artikel 152 van de Grondwet'
ingesteld zouden worden - lichamen dus mer verordenende bevoegdheid; bun verordeningen en besluiten konden overigens door Hirschfeld geschorst of vernietigd worden.ê Die verordeningen en besluiten zouden betrekking hebben op het gehele terrein van de productie, de invoer, de afzet en de verdeling van agrarische producten, daarbij inbegrepen de vestiging, uitbreiding of beperking van bedrijven, het verlenen van vergoedingen, het vaststellen van prijzen en het opleggen van verplichtingen tot inlevering van enig agrarisch product. Het duurde geruime tijd voor de nieuwe lichamen (die geleidelijk de taak van de crisiscentrales zouden overnemen) alle ingesteld waren; pas in augustus '42 was dat het geval. Drie 'hoofdbedrijfsschappen'
waren toen UI het leven geroepen: voor zuivel, margarine, vetten en oliën, voor akkerbouwproducten en voor tuinbouwproducten ; daarnaast waren er twee 'bedrijfsschappen'
gekomen: voor vee en vlees en voor pluimvee en eieren.