Of weer een transport vertrekken moest, waarheen, en met hoeveel Joden, waren punten waarmee de Joodse kampleiding niets te maken had: dat was een zaak van IV B 4, d.w.z. van IV B 4-Berlijn en IV B 4-Den Haag, waarbij alle belangrijke beslissingen door IV B 4-Berlijn (Eichmann en zijn staf) genomen werden: alleen daar kon men de totale transportbewegingen die in het kader van de Endlösung wenselijk waren, overzien, en nagaan in hoeverre zij enerzijds in overeenstemming gebracht konden worden met de capaciteit van de diverse gaskamers, anderzijds met de capaciteit van de Deutsche Reichsbahn om op de trajecten naar de diverse vernietigingsen concentratiekampen de nodige treinen ter beschikking te stellen.'
Deutsche ReichsbahnHilberg, R.[udenreferaNederlandse Spoorwegen (NS)Reichssicherheitshauptamt233, 280, 283, 284, 286-288, 293, 295-297, 301,3°2,304,3°6,3°8,3°9, 3Il, 312, 315-318, 32 2,334. 347, 348, 364, 365, 373, 375, 383, 385, 386n, 391, 395, 399,4°1,4°3,4°5, 406,408, 410-417,431,437, 442n, 443n, 454, 456-459, 1351,1353; 8GEDEPORTEERDE JODEN