1 'Verslag van mededelingen van E. A. Cohen', III, p. 8-9. 2 J. Hamburger-Belle: 'Verslag'
(z.d.), p.
Cohen, E. A.
Hamburger-Bolle, J.
begin december '42 diepe ontsteltenis bij de ruim zestienduizend inzittenden van 18 deportatietreinen, toen zij, onverwachts in het duister tot stilstand gekomen op het station van Kosel (Opper-Silezië), te horen kregen dat alle jongens en mannen tussen de vijftien en veertig à vijftig jaar onmiddellijk moesten uitstappen, en toen bleek dat de trein zonder hen ging doorrijden. Soms was daarbij een list toegepast. Eén transport kreeg in Kosel te horen dat de trein tegen een lange helling moest oprijden en dus ontlast moest worden - vandaar dat al die jongens en mannen, met medenemen van zoveel mogelijk bagage, moesten uitstappen; zij zouden dan spoedig, werd gezegd, door een andere trein verder vervoerd worden. 'Toen we er uit waren, hoorden we', aldus een van diegenen die uitgestapt waren, 'de vrouwen gillen: 'Het is niet waar! Het is niet waar!'
Er heerste een ontzettende consternatie. '1